Betovering in het laboratorium
Ze zijn onze hoop in bange coronadagen: onderzoekers en analisten in het laboratorium. Dankzij hun kennis en kunde over moleculen, rollen de vaccins en coronatesten nu van de lopende band. En dat is nog maar een fractie van wat je voor de samenleving kunt betekenen als laborant of analist. Denk bijvoorbeeld ook aan het ontwikkelen van nieuwe materialen voor de sportwereld, DNA-onderzoek uitvoeren of recyclebare producten bedenken. Een gesprek met vier (oud-)studenten van de opleiding Applied Science bij Zuyd Hogeschool.
Levens redden
Susan Meijs (22) is net twee jaar geleden afgestudeerd bij Zuyd en ontwikkelt nu al PCR-testen. Ja, inderdaad. De testen die nodig zijn voor de diagnose van infectieziekten die zijn veroorzaakt door bijvoorbeeld virussen en schimmels en dus ook voor corona. Terwijl de inkt op haar diploma amper droog was, maakte Susan al meteen een verschil tussen leven en dood. Als Research & Development (R&D) Technician werkt ze bij de medische laboratoria van PathoFinder en PathoNostics voor moleculaire diagnostiek in Maastricht.
Afgestudeerd en coronatesten maken
Ze was pas 16 toen ze begon met de opleiding Applied Science bij Zuyd en studeerde af toen ze 20 was. “Ik heb meteen een baan gekregen bij PathoFinder en PathoNostics. Mijn baas vond het speciaal dat ik de jongste medewerker was. Door zo vroeg te gaan studeren, word je stiekem toch al snel volwassen en krijg je een andere kijk op het leven. Je leert al snel wat je prioriteiten zijn.” Het afgelopen jaar heette die prioriteit ‘corona’. “Door het SARS-CoV-2 virus hebben we het enorm druk gehad. We moesten in korte tijd een test maken, produceren en leveren voor klanten over de hele wereld. Corona heeft mij laten zien hoe belangrijk dit werk is. Ik vind het een hele mooie gedachte dat je ook vanuit deze kant een bijdrage kunt leveren”, vertelt Susan. Wie ook praktijkervaring opdoen, zijn de stagiaires die tijdens de pandemie mochten helpen met de productie van de PCR-testen. “Die stagiaires mochten op de productieafdeling uithelpen zodat de R&D-technicians zich konden concentreren op hun eigen taken.”
Vier specialisaties
Susan haalde in 2019 haar bachelor bij Zuyd. Terugkijkend moet ze toegeven dat het een pittige studie is die veel tijd opslorpt, wil je het in één keer halen. In het eerste jaar krijgen studenten een inkijkje in de vier verschillende clusters:
- Chemistry
- Biomedical Science
- Chemical-engineering
- Material Science
Daarna kiezen ze voor een van deze clusters. “Mijn belangrijkste les bij Zuyd? Anders denken”, zegt Susan. “Kijk, in het begin van de studie krijg je vooral 'losse' experimenten, practica. Maar later worden die opdrachten vervangen door probleemstellingen. Je moet dan zelf onderzoeken hoe je een probleem kunt oplossen en welke doelen en werkzaamheden daarbij komen kijken. De uitleg en hulp van docenten wordt intussen steeds minder. En als je vragen hebt, worden die beantwoord met andere vragen. Zo proberen de docenten je denkwijze in een bepaalde richting te sturen. Dat kon ik niet altijd even goed waarderen”, geeft ze toe. “Maar het werkte uiteindelijk wel heel goed.”
‘Ik hoefde niet eens te solliciteren’
Youp Frijns (24) herkent zich hierin. Hij studeerde vorig jaar af bij Applied Science in de richting Material Science. Na een vakantie van drie weken kon hij meteen aan het werk bij zijn vroegere stageplek: SGS Intron in Sittard, dat wereldleider is op het gebied van inspectie, controle, analyse en certificering. “Ik hoefde niet eens te solliciteren. Ze belden me om te vragen of ik hier wilde werken.” En nu, nog geen jaar later, heeft SGS hem een vast contract aangeboden, vertelt hij trots. “Bij Zuyd leer je inderdaad heel goed hoe je een project aanpakt, hoe je dat uitwerkt en hoe je moet samenwerken. Die manier van denken en werken, heb ik meegenomen naar SGS.”
Grote monsters testen
Youp onderzoekt en test bouwmaterialen als beton, isolatiemateriaal en dakbedekking. Als het in orde is, geven Youp en zijn collega’s een product het ‘oké-stempel’ waardoor de aannemer weet dat hij met erkende en betrouwbare materialen werkt in de woningbouw of bijvoorbeeld bij de aanleg van een sportcomplex. “Op de Chemelot Campus werkten we vooral veel met polymeren, smartcoatings en plastics. Dan heb je allemaal kleine monsters voor je liggen. Maar bij SGS ben je vooral bezig met beton, staal en andere bouwmaterialen. Dat zijn vaak veel grotere monsters dan bij Chemelot. Soms een aanhanger vol grote cilinders uit een constructie. Het leuke is dat je ook wel eens grof geweld moet gebruiken. En bouwmaterialen zijn natuurlijk overal om je heen. Daardoor is het heel afwisselend. Geen enkele dag is hetzelfde. Je weet nooit wat er volgende week het laboratorium binnenkomt. Dat vind ik fijn, dus ik zit hier helemaal op mijn plek. Voordat ik ging studeren, twijfelde ik wel over wat ik wilde doen. Fysiotherapie leek me ook leuk. Maar ik heb nog geen dag spijt gehad van Applied Science.” Tijdens zijn studie heeft Youp veel bij Chemelot Innovation and Learning Labs (CHILL) gewerkt: voor een project in zijn tweede jaar, tijdens zijn minor in het derde, als stagiair en voor zijn afstudeeropdracht. “Bij CHILL ontwikkel je je praktische vaardigheden. Ik moet wel zeggen dat ik het als stagiair leuker vond dan als student, omdat je dan meer vrijheden krijgt.”
De witte jas
Net als Susan en Youp krijgen ook nieuwe studenten bij Applied Science meteen vanaf de eerste dag een witte jas aan en stappen ze in de betoverende wereld van de Chemelot Campus. Op de werktafel ligt een probleem. Aan jou de eer om het te onderzoeken. Berekeningen uitvoeren. Even iets opzoeken. Testen. Opnieuw. En dan opeens is daar dat magische moment: je hebt de oplossing. Vierdejaars studente Britt Heijnens (22) en tweedejaars Soufiane Chayoua vonden het “totaal geen probleem om op die manier meteen in het diepe te worden gegooid”. Britt: “Je krijgt die witte jas aan en je gaat heel praktijkgerichte onderzoekjes doen. Soms best pittig omdat je alles meteen goed wilt doen. Maar dat lukt in de praktijk ook niet altijd. Experimenten mislukken soms nu eenmaal. Zo weet je meteen wat je kunt verwachten en hoe het is om in een lab te werken. We werden wel goed begeleid hoor, voor het geval iets mis zou gaan.” Britt herinnert zich dat ze die eerste dag op de Chemelot Campus “heel indrukwekkend” vond. “Zo’n moderne omgeving. Veel gebouwen en je komt alleen maar ergens binnen met een pasje. Echt cool om tussen al die bedrijven les te hebben. Zo’n witte jas had ik daarvoor bijna nooit aangehad.”
Biologie en scheikunde
Voor tweedejaars Soufiane was die eerste dag bij Applied Science minder verrassend: “Ik heb twee broers die ook Applied Science hebben gestudeerd bij Zuyd. Dus ik wist al het een en ander over de studie. Op de open dag van Applied Science had ik er meteen een goed gevoel over. Biologie en scheikunde vond ik al interessant toen ik de havo deed op het Sintermeertencollege in Heerlen. En met deze opleiding kan ik me daar nog meer in verdiepen. Zuyd is ook nog eens heel dicht bij huis, dus dat is ook fijn. Dankzij mijn broers hoef ik thuis natuurlijk niet meer uit te leggen wat Applied Science is. Tegen anderen zeg ik dat het met biologie en scheikunde te maken heeft. Ik heb niet het idee dat het vooral een opleiding voor jongens is. Trouwens dat klopt ook niet. Onze klas bestaat voor een groot deel uit meisjes.” Na Zuyd wil Soufiane in een laboratorium werken. “Ik hoop uiteindelijk een groot onderzoek te mogen leiden in de biomedische richting. Studeren bij Zuyd bevalt goed. Ondanks corona. De lessen zijn goed te volgen via Teams. Daarnaast zijn er natuurlijk de praktijklessen. Die gingen tijdens de lockdown gelukkig gewoon door. Echt leuk en leerzaam, met goede begeleiding.”
Toch in het ziekenhuis
Britt is het roerend met Soufiane eens. Zij wist op de middelbare school al dat ze “iets in de medische richting wilde doen om mensen te helpen. Biologie en scheikunde vond ik erg interessant en geneeskunde leek me geweldig. Maar ik zag mezelf geen moeilijke gesprekken voeren met patiënten. Daarom ben ik op verschillende websites gaan zoeken. Zo kwam ik bij Zuyd terecht. Applied Science leek me interessant. Het gaat over medische kennis. En het sluit aan op mijn persoonlijke eigenschappen: nauwkeurig, kritisch en nieuwsgierig. Het is zo leuk om iets heel precies uit te zoeken en op te lossen. De afwisseling tussen praktijk en theorie bij Zuyd sprak me erg aan. Tijdens mijn minor bij CHILL heb ik geleerd samen te werken met bedrijven. Verder is de samenwerking met docenten bij Zuyd heel prettig en informeel. Mijn belangrijkste les: dat ik goed ben in wat ik doe. Op stage ben ik een stuk zelfverzekerder geworden.” Tijdens haar eerste stage heeft ze meegewerkt aan een onderzoek dat is gepubliceerd. Maar ze is nog trotser op haar afstudeerstage bij Maastricht UMC+. “Hier voelde ik me helemaal op mijn plek. Ze waren zo tevreden dat ik straks na mijn afstudeerstage al een baan heb bij het Centraal Diagnostisch Laboratorium. Als analist. In juli kan ik beginnen bij de klinische chemie. Zo ben ik toch nog in het ziekenhuis terechtgekomen.”
Checklist speciaal voor jou
Tot slot nog even een mini-onderzoekje van Susan, Youp, Britt en Soufiane als je nog twijfelt of Applied Science wel dé opleiding voor jou is.
- Vind je experimenteren leuk?
- Ben je graag praktisch bezig?
- Heb je interesse in de exacte vakken?
- Zoek je een opleiding met een informele sfeer?
- Vind je het belangrijk om je meteen op je gemak te voelen?
- Heb je soms ideeën (misschien hele simpele) die wel voor een passende oplossing zorgen?
- Wil je graag mensen helpen?
Heb je op al deze vragen ‘ja’ geantwoord? Dan is Applied Science echt iets voor jou. Soufiane: “En als je toch nog twijfelt, vraag dan eens of je een dagje mag meelopen. Je kunt ook chatten met studenten van Applied Science of bezoek een open dag." Je kunt zelfs nu meteen de laatste open dagen online terugkijken.